zaterdag 13 december 2008

Slachtoffercultus

“En als je nu eens gewoon stopte met werken?"
Mijn pendelcollega beantwoordde mijn wellicht wat verrassende denkpiste met een vragende, licht verwijtende blik.
“Je mag het mij niet kwalijk nemen en het komt misschien nogal pedant over dat ik zoiets suggereer – voor mij is het immers een denkoefening, voor jou is het realiteit – maar toch. Als je nu eens gewoon stopte met werken.”
Dezelfde blik, en ditmaal leek het er niet op dat hij zijn ogen van mij zou afwenden voor ik hem verduidelijking verschaft had: "Hoe bedoel je precies?" informeerde hij - evenwel zonder de gebruikelijke vraagintonatie die dient om duidelijk te maken dat de vraagsteller oprecht geïnteresseerd is.
“Denk even na", vervolgde ik mijn uitleg zonder enige poging om mijn cynisme te verbergen, "zelfs als je het puur vanuit je eigen welbevinden bekijkt zou het zo slecht niet zijn. Als je niet meer gaat werken, heb je alvast die auto van je niet meer nodig om naar onze vestiging in Zwevergramme te rijden. Die kan je verkopen, dat brengt wat geld in het laatje, en je hoeft geen belasting en verzekering meer te betalen voor je auto. Bovendien moet je dan vaker te voet en kan je je fitnessabonnement opzeggen."

"Je zal natuurlijk ook een heel stuk aan aanzien inboeten doordat je werkloos wordt, een hoop van je vrienden zullen je met een scheef oog gaan bekijken, en daar zal je vrouw het moeilijk mee krijgen. Na een maand of wat, als het haar duidelijk wordt dat je niet echt aanstalten te maken om nieuw werk te zoeken, zal ze voor het eerst wat kribbig worden. Twee weken later weten al haar vriendinnen het en vier weken later vertelt ze het aan haar ouders. Zes weken later beginnen vriendinnen én ouders haar te adviseren om je te dumpen. Acht weken later dreigt ze er een eerste keer mee om het af te trappen. Tien weken later is ze weg. Hup, nog een probleem opgelost.”

S. bleef mij aankijken en probeerde de conversatie –duidelijk bij gebrek aan valabele argumenten- maar tot flauwe grap te declasseren: “Kom nou, het is leuk genoeg geweest.”
Ik liet mij echter niet van de wijs brengen:“Je huis zal je natuurlijk moeten verkopen, dat kan je niet meer betalen. Tijd om iets nieuws te zoeken. Liefst niet te duur natuurlijk, je moet het met je uitkering allemaal kunnen bolwerken. Een luxueuze studentenkamer valt wellicht nog net binnen de mogelijkheden.”

Op dat moment begon de trein aan zijn laatste remmanoeuvre en reden we het station binnen. Ik stond net iets eerder op. “Misschien”, prevelde S, “misschien” – en ook hij greep naar zijn jas, klaar voor een nieuwe werkdag.

Eentje zónder slachtoffercultus.

2 opmerkingen:

elke zei

Dit moet ik onthouden! Ik ken er ook een paar voor wie dit van toepassing zou kunnen zijn.

Anoniem zei

Je hebt wel een punt. Veel mensen werken om dingen te betalen die ze alleen maar nodig hebben omdat ze werken. :-)